Is er sinds de slag om Troje iets nieuws onder de zon?

Onze samenleving heeft zijn wortels in de oude Griekse beschaving. Dat zijn we wel met elkaar eens. Met die oud-Griekse beschaving zijn we minder bekend, terwijl we er haast alles over zouden kunnen weten.

Neem Odysseus, een belangrijk personage in de Ilias van Homerus; in Homerus’ Odyssee zelfs de hoofdpersoon. Ook andere klassieke dichters, zoals Sophokles, schreven over hem. Odysseus is de koning van het eiland Ithaka, een listige Griekse legeraanvoerder, zelfs de bedenker van de list met het houten paard waardoor na tien jaar de oorlog tegen Troje wordt gewonnen. Daarna zwerft hij voor hij thuiskeert nog eens tien jaar rond over de Middellandse Zee.

Filosofen grepen graag terug op Odysseus, die zij als toonbeeld van doorzettingsvermogen en vernuft zagen. De veelheid aan moorden op baby’s en jonge kinderen in de Odyssee werden vaak verzwegen, net als de vele verkrachtingen die hij pleegde. Dat lieten Lola Bogaert, Sara Haeck en Yinka Kuitenbrouwer hun publiek in het Utrechtse theater Kikker afgelopen dins- en woensdag weten. Zij deden dat in de voorstelling “Drie Griekse verhalen door drie vrouwen in (min of meer) drie kwartier”. Zo zou Odysseus’ vrouw Penelope, voor velen het toonbeeld van geduld en huwelijkstrouw, eerst door hem verkracht zijn, waarna hij haar eerste baby gedood heeft. Van Odysseus wordt zij weer zwanger en schenkt Telemachos het leven. Omdat Odysseus twintig jaar van huis is, voedt zij haar zoon alleen op, terwijl zij list na list bedenkt om andere mannen van het lijf te houden. Odysseus vult zijn huwelijkstrouw aan Penelope anders in: tijdens zijn reizen verkracht hij kinderen en vrouwen en leeft samen met godinnen en vrouwen, waarbij hij met Circe, een tovenares en dochter van de zon, nog drie kinderen krijgt.

Is er iets nieuws onder de zon?” vraag ik mij af, “Kijken we nu anders aan tegen die dubbele moraal voor mannen en vrouwen dan toentertijd? Zijn de verhoudingen tussen mannen en vrouwen inmiddels gelijkwaardig? Laat staan de verhoudingen tussen heteroseksuele mannen en biseksuelen, homo’s, lesbiennes en transgenders?

De boeiende, vernieuwende voorstelling van Lola, Sara en Yinka gaat erover wat er zou gebeuren als de vrouwen uit de oude Griekse verhalen niet langer tevreden zijn met hun bijrol als oorlogsbuit of onderdanige weefster? Wat als ze niet langer machteloos toekijken hoe hun kinderen worden geofferd voor een gunstige wind of van een muurtje worden gegooid? Wat als ze uit hun slachtofferrol kruipen en opkomen voor hun eigen behoeften, verlangens en wensen? Sterker nog: wat als de vrouwen het verloop van het stuk bepalen?

Zelf zou ik het wel weten en u vast ook. Hoe komt het toch dat we er zelden bij stilstaan of de loop van een verhaal voor de anderen dan de hoofdpersonen wel te verkroppen is? Volgens mij is het hoog tijd dat we, en dan met name de niet-mannen met steun van geëmancipeerde wel-mannen, allemaal onze vrijheid vorm gaan geven in onze persoonlijke levens. Hoe zou de samenleving er uit gaan zien wanneer we en masse zouden opkomen voor onze dromen, drijfveren en wensen? Hoe leefbaar zou de wereld voor iedereen worden? Of hoe gewelddadig?

Nou, ja, voordat we over beschaving praten moet eerst die dubbele moraal maar eens om zeep geholpen worden, lijkt me.

Misschien ging het om het slotakkoord

De heren spelen het laatst in, want ze spelen het eerst na de pauze”, zei mijn cellodocent (v) en zo geschiedde vanmiddag.

De andere heer en ik hadden eerder deze week al even een celloles samen gehad, om voor vanmiddag wat puntjes op wat i’s te zetten: dit is een vraag en dat is het antwoord, hier start jij en jij valt daar in, op dit akkoord komt het aan. Van dat soort aanwijzingen boden ons een focus om het voorspelen van vanmiddag tot een zo groot mogelijk succes te maken.

Later deze week hadden we de stukken nog eens samen gespeeld om ons de aanwijzingen eigen te maken. Vanmiddag was het dan zover. Na de pauze beluisterde het publiek, bestaande uit medeleerlingen, vaak met hun ouders, onze drie stukken en een hartelijk applaus viel ons ten deel.

Zelf wist ik heel goed wat ik niet goed gedaan had; waar ik er naast gezeten had, maar daar ging het niet om. Het was een goede ervaring om op mijn cello voor een beetje publiek te spelen en samen kwamen we er bij alle drie de stukken goed uit.

De andere cellisten, wiens vader of opa we hadden kunnen zijn, speelden voor en na de pauze minstens net zo goed als wij, en meestal stukken beter. Ik vond het fijn om ze te beluisteren en het gemak of juist de inspanning van hun gezichten af te lezen. Ze speelden vooralsnog voorbeeldig voor mij.

Het bijzondere van zelf muziek maken is voor mij dat het altijd weer op het moment aankomt: precies daar in dit muziekstuk moet ik dit loopje zo mooi mogelijk spelen zoals de componist het waarschijnlijk bedoeld heeft, moet die fis zuiver gespeeld worden en moet ik die lastige bes voorbereiden om hem even later te laten horen.

Mijn cellovriend en ik gaan vrolijk door met op gezette tijden samen cello te spelen. Na het voorspelen maakten we daarvoor de volgende afspraak.

Anders dan alleen spelen, vraagt het samenspelen ook nog om een voortdurende afstemming. Dat is een deel van de pret. En het klinkt weer anders dan het dagelijks oefenen in mijn eentje. Bij het samenspelen moeten we precies tegelijk in die tel rust een stilte laten vallen, precies tegelijk of juist iets na elkaar inzetten en steeds luisteren of de ander en ik nog wel samen opgaan. En toen we vanmiddag ons gezamenlijk slotakkoord speelden, keken we elkaar aan om exact tegelijk te stoppen. Dat was mooi!

Een preciese (met een ‘s’) milieuactivist

Ik ben op pagina 279, bijna aan het eind van Paul Kingsnorth’s “Bekentenissen van een afvallig milieuactivist; een radicaal andere kijk op natuurbescherming”. Ik ben benieuwd naar de laatste twee essays. Een van mijn gedachten, die zich al lezend bij mij ontvouwt, is dat we maar een jaartal in de toekomst moeten kiezen: 2025, 2050, 2075, 2100; de toename van het mensdom in dat jaartal bepalen en onszelf vervolgens opleggen dat we (: de Westerse mens) vanaf dat jaartal alleen nog mogen consumeren op een manier dat onze ecologische voetafdruk gelijk kan zijn met alle andere dan levende mensen. Alleen op die manier, vermoed ik, kunnen we wat we doen ‘beschaving’ blijven noemen; ergens is een grens aan de groei, omdat de aarde niet met ons meegroeit. En als voorhoede van het vergaren en beschermen van geneugten stoppen we daar dus op zeker moment mee en geven de rest van het mensenrijk de gelegenheid om op dezelfde schaal als wij te gaan leven. Dan vervalt het ongelijkheidsmotief om onderling strijd te leveren. Het zal er wel op neerkomen dat we dan direct al moeten consuminderen, maar dat lijkt ons allemaal de toekomst van onze (kinds) kinderen wel waard, toch?

Ik vermoed dat Kingsnorth aan het slot van zijn boeiende bundel een andere kant opgaat.

Overigens herken ik tot nu toe deze van zijn visies op het leven:
· de flexibiliteit, macht en zelfs wijsheid van ongerepte natuur,
· de uiteindelijk onbeduidende rol van mensen op dit alles (niet omdat het onbeduidend is wat we aan chaos en disbalans teweegbrengen, maar gezien de grootsheid van het ondermaanse waar we onze levens slijten; laat staan onze onbeduidende rol binnen het universum),
· de doodlopende kapitalistische weg, die we met ons allen ingeslagen zijn, terwijl we elkaar op de keper beschouwd domweg op de mouw spelden dat we er wel bij varen, want ons welzijn zit in veel minder dan de vergaarde materiële zaken en
· de waanzin van de milieubeweging(en) zich te richten op duurzame energie-opwekking ten koste van ongerepte natuur, waardoor intrinsieke waarden van wat niet-menselijk is over het hoofd gezien worden.
Dit alles is misschien in één zin samen te vatten: ik herken me in zijn opvatting dat we nooit onze wortels moeten verlaten, hoe verleidelijk het luilekkerland, dat we ervoor terug zouden krijgen, ook lijkt.

De man kan schrijven (en zijn vertalers konden het mooi naar makkelijk leesbaar Nederlands omzetten). Naar mijn idee heeft hij als roepende in de woestijn ook wel iets interessants te melden; ik zou iedereen willen aanraden dit boek ook te lezen. Zelf kreeg ik het van een vriendin. Ze wil het van me lenen als ik het uit heb, omdat zij eveneens in de inhoud geïnteresseerd is. Dat lijkt me een goed plan, dus ik lees nu nog even door hoe Kingsnorth zelf zijn essaybundel eindigt.

Maar eerst nog even dit: er zijn altijd Preciesen en Rekkelijken. Kingsnorth beschouw ik als een van de Preciesen binnen de milieu- en natuurbescherming. Vandaar zijn ogenschijnlijke afvalligheid en de ogenschijnlijke spelfout in de titel boven dit stukje.

De eerste stappen in 2020 zijn gezet

De eerste stappen in 2020 zijn alweer gezet. Mijn nieuwe arbeidscontract heb ik op de valreep toch maar niet getekend. Omdat de aanpak van het bestuur in de laatste weken van 2019 een voorspel kan zijn voor hoe het in 2020 verder zal functioneren, besloot ik uiteindelijk op 2 januari mijn portie aan Fikkie te geven. Met los zand kan niemand kleien.

Het doet mij natuurlijk verdriet mijn mij-passende en vaak leuke werk te beëindigen en het valt me zwaar om de bestuurders en medewerkers van ‘mijn’ organisatie, die stuk voor stuk goed bedoelen, die zo positief betrokken zijn bij de organisatie en bij elkaar voortijds aan hun lot over te laten.

Ik heb er toch vanaf gezien mijn nieuwe arbeidscontract te tekenen om zo niet-doende wel goed voor mijzelf te zorgen. Op een zekere leeftijd is dat misschien nog wel het enige dat telt: een goede zorg voor wie mij dierbaar zijn, voor mijzelf en voor wie mij nabij zijn. Toch lastig dat een aantal collega’s mij dierbaar geworden zijn…

Gelukkig resteren de andere leuke vooruitzichten voor 2020, waar ik het eerder in mijn stukje op 29 december jl. over had.

Hedendaags socialisme

Ook vandaag gaan de debatten voor de goedkeuring van de nieuwe regering van de sociaal-democraten (PSOE) met Unidas Podemos (het samengaan van Podemos met andere linkse partijen) in het Spaanse parlement door. Hieronder staat een deel van de toespraak van Pablo Iglesias, leider van Podemos. Wat mij hierin aanspreekt is hoe hij samenvat hoe een echt sociaal regeringsprogramma eruit kan zien. Ook dat gebeurt vandaag de dag (en zal nergens het mainstream-nieuws halen):

Ik heb een boodschap voor U, mijnheer Casado [voorzitter van de Conservatieve Partij; LV], en voor U, mijnheer Abascal [voorzitter van de extreemrechtse partij Vox; LV], die me zonjuist werd toegezonden op mijn gsm door Rosa Lluch, dochter van Ernest Lluch [Spaans politicus, op 21 november 2000 werd vermoord door de Baskische separatistische organisatie ETA; LV]: “Praat niet in naam van de slachtoffers van het terrorisme. Velen hebben geijverd voor dialoog en verzoening, niet voor haat. Stop er mee onze pijn te gebruiken in uw voordeel.”

Ten eerste een waardering. Als U verlangt de monarchie te verdedigen, vermijdt dan dat de monarchie zich identificeert met U, want als er iets was dat Juan Carlos I weet [de Spaanse koning die door fascistisch dictator Franco kort voor zijn dood werd aangeduid als staatshoofd; LV], waar hij ook vandaan gekomen mag zijn en koning werd door wat hem tot koning maakte, dan is het dat de instelling [van de monarchie; LV] enkel kan overleven door zich van rechts te distantiëren. Wie weet heeft U zich paradoxaal genoeg omgevormd tot de grootste bedreiging voor de monarchie in Spanje. Dat is iets om goed over na te denken.

…dat u tevens de grootste democratische standvastigheid volhoudt

Ik wens een boodschap te zenden aan de mensen die ons beluisteren:

een boodschap aan de vrouwen: de volgende regering zal alle sociale verworvenheden van vrouwen garanderen en ijveren voor nieuwe overwinningen;

een boodschap ook aan de homo’s, lesbiennes, aan heel het collectief van de LGTBQ: de volgende regering zal er voor zorgen dat u vrij kunt beminnen wie u verkiest en dat u uw families kunt organiseren zoals u dat wenst;

ik wens ook een boodschap te zenden aan de migranten: de volgende regering zal de mensenrechten en de waardigheid verdedigen van alle mensen die armoede en oorlogen ontvluchten en gekomen zijn om met ons samen te werken;

een boodschap ook aan onze landgenoten die zich genoodzaakt zagen om economische redenen naar het buitenland te vertrekken: de volgende regering zal ervoor ijveren dat zij die dat wensen naar Spanje kunnen terugkeren;

een boodschap ook aan onze landgenoten, Catalanen, Basken, Andaloesiërs, bewoners van de Canarische eilanden, waar ze ook zijn, dat zij hun territoriale identiteit in vrijheid zullen beleven: de volgende regering zal uw talen, uw instellingen en uw vrijheid verdedigen zodat u zich verbonden kunt voelen met de symbolen van uw keuze;

en tenslotte een boodschap, hooggeachte dames en heren, voor de werkende mensen: de volgende regering zal de materiële voorwaarden voor vrijheid verdedigen. Want, hooggeachte collega’s,
er is géén vrijheid als je het einde van de maand niet haalt,
er is geen vrijheid zonder een systeem van openbare gezondheidszorg, die de basiszorgen en het beste zorgpersoneel verzekert waarvan iedereen gebruik lan maken, zonder beperking door de plaats waar men geboren is;
want er is geen vrijheid zonder openbaar onderwijs en zonder openbare universiteiten, die ervoor zorgen dat iedereen kan studeren zonder beperking door de plaats waar men geboren is.

Pedro [Sánchez, voorzitter van de sociaal-democratische partij PSOE en nieuwe eerste minister; LV], ze gaan ons niet aanvallen voor wat we doen, ze gaan ons aanvallen voor wat we zijn.

Ik vraag u als voorzitter [de regeringsleider wordt als ‘presidente’ aangesproken; LV] twee zaken:
Ten eerste dat u tegenover de onverdraagzamen en de provocateurs die Spanje naar het verleden terug willen sturen een goede toon zal aanhouden.
Ten tweede, dat u tevens de grootste democratische standvastigheid volhoudt.

Dank u.

“Politieke boodschap Pablo Iglesias (Podemos) voor nieuwe Spaanse linkse coalitieregering” door Lode Vanoost via DeWereldMorgen op 8 januari 2020

In een stadsparkje

Ik zag ze zwijgend in de schemer op een bankje zitten. “Het staat je nu niet”, hoorde ik haar zeggen. Ik wist niet wat niet stond. Verkeer reed rondom het kleine park waar zij zaten. “We krijgen ons gesprek niet aan de praat” sprak hij somber.
De ander glimlachte.
Getoeter, een bijna botsing, en weer de gewone verkeersgeluiden.

Net als de avond daarnet val ik voor jou”, sprak hij.
Maar ik heb echt niemand nodig om ongelukkig te zijn”, zei zij.
Ik heb niemand nodig om gelukkig te zijn”, sprak hij, “maar wat mij opvalt is dat jij me opvalt. Jij komt bij mij binnen zonder dat ik de deur hoef open te houden.
Ze zwegen.
Berust nou in je onrust”, ging hij verder.
Die onvoorspelbaarheid van jou begint wel erg voorspelbaar te worden”, sprak zij dromerig.
Mijn innerlijk is niet altijd een binnenpretje”, antwoordde hij. “Weet je, iets op het spel zetten is voor de spelers vaak lastig spelen”, ging hij verder, “De tijd van ons leven zouden we moeten hebben tussen jouw geboorte en de dood van de eerste van ons die gaat”.
Wat ben jij beschoft!” viel ze hem in de rede, “Het is halfzes! Laat het toch na vijven vieren”.
Ik gok op zeker”, zei hij, “want luisteren naar mijn lichaam, betaalt zich vast terug met lijfrente”.
Ze glimlachte weer.
Het is ongehoord niet gehoord te worden”, fluisterde hij, om te vervolgen: “Je bent geen uitzondering. Iedereen moet vaak aan wendingen wennen”.
Daar ben ik het ontroerend met je eens”, sprak zij zacht, “Soms is iets niet doen bijna niet te doen”. “Ogenschijnlijk makkelijk is dan ook vaak onzichtbaar moeilijk”, vervolgde zij.

Hij keek haar nu voor het eerst aan en zei: “Het is alleen maar moeilijk mijn verhaal af te ronden omdat ik in cirkels denk. Je bent me helemaal niet kwijt, hoor”.
Zij zweeg.
“…maar ik voel me wel verloren”, maakt hij zijn zin af.

Was het voor jou op het eerste gezicht liefde op het eerste gezicht?” vroeg ze.
Jawel, maar in werkelijkheid bleek het niet echt” antwoordde hij, “Mijn ego was zichzelf niet helemaal”.
Maar dan is het mysterie opgelost:”, sprak zij opgelucht: “Je bent een mysterie”.

Als ik me ergens op kan concentreren is het wel op afleiding” antwoordde hij, “Daardoor zoek ik me een ongeluk naar het geluk. Dat zit me zo hoog dat ik er met m’n hoofd niet bij kan”.

Hoe vind je me nu je weg van me bent?” vroeg zij benieuwd.
Zie het maar eens dichtbij te vinden als je gewend bent verder te kijken”, schamperde hij.
Je hebt gelijk”, zei zij, niet om er vanaf te zijn, “Dat wat ertoe doet, doet er ook eigenlijk niet toe”.

Nu was hij het die zweeg. Na even keek hij haar vragend aan.

Ik leef me uit in het me in je inleven”, zei ze.
Mijn leugens zitten vol waarheid”, vulde hij haar aan,
Zij knikte.
Als het goed is, zie je een fout niet als een fout”, ging hij verder.

Ik denk aan een cursus ‘Beginnersfouten voor gevorderden’”, was haar reactie.

Ik ben pas echt ontwapenend voor je als ik je geen munitie geef”, zei hij.

Het kwaad is geschiet”, zei zij, maar eerst begreep hij haar verkeerd.
Zij zag in haar ooghoeken zijn wenkbrauwen fronsen.
Pas nadat zij gezegd had “Je spreekt het niet uit zoals je het zegt”, begreep hij haar. “Het kwaad is geschiet”, sprak hij haar nadenkend na.

Doe-het-zelven doe ik graag samen met jou, maar jij besloot ongewenst zwanger te worden”, haalde hij kennelijk als oude koe uit de sloot.
De donor hield z’n hart vast”, was ook deze inmiddels donkere avond hier in het park haar standaardreactie op die oude koe.
Zij vervolgde: “Wie rommel niet als rommel ziet, hoeft niets op te ruimen”.
Nu was hij het die knikte.

Ik zou nu wel een waarzegger willen spreken die onze zomer in z’n bol heeft”, zei hij na een poosje en ze maakten aanstalten om op te staan.
Zij antwoordde: “Je hebt alweer gelijk. Ook al is er veel over, het kan toch zomaar over zijn.

Toen stonden ze op. Zij zei: “Je broek zit niet meer goed.” en ze wandelden hand in hand het parkje uit.
Maak van je hobby ‘Je werk maken’ geen hobby”, hoorde ik haar nog tegen hem zeggen.

Ook ik vervolgde mijn weg waarbij ik me afvroeg hoe die twee elkaar gevonden hadden. Gebrek aan gegevens zette mij voor het blok, waardoor ik daar niet achter ben gekomen.

Bron: naar spreuken van de Mwah-scheurkalender 2019.