Zelfinzicht

Er is hier veel veranderd. Het uitzicht bijvoorbeeld. Vroeger was hier heide met jeneverbessen en hier en daar een boom. Nu is het hier zo te zien een bos geworden. De wind lijkt mij vaker zwoel dan vroeger. En overdag is het veel drukker dan in mijn beginjaren. Overdag geniet ik van het lawaai en andere reuring. Ik geniet ervan als mijn stam gebruikt wordt als rugleuning of als plaspaal. Uit sommige blikken van bewondering maak ik op dat er weinig zijn zoals ik. Door de bomen om me heen heb ik van de wind nog maar weinig te duchten, terwijl de stormen me vroeger soms deden kraken en ik blij was met mijn gezonde wortelstelsel, al stelde dat toen achteraf niet veel voor. Ja, je wilt niet weten wat ik allemaal al meegemaakt heb. Dat ga ik ook niet memoreren, want dat zou een saai verhaal zijn, dat iedereen die op deze plek leeft zou kunnen vertellen. Ik ga met u het gewichtige delen welke inzichten ik opdeed.

Ik ben mijn wortels. Zij zijn helemaal een met de aarde, die afgezien van het voorjaar na 147 winters geleden nooit beroerd is. Ik weet niet wat die mensen toen bezielde, maar fijn was het niet. Ik heb, zover ik zien kan, de meest robuuste wortels van iedereen hier. Ik ben dan ook een van de oudste. Of die andere twee eiken verderop nog op hun plek staan, kan ik door alle bomen om me heen niet goed meer zien. Die vierde is inmiddels 106 winters weg, dat heb ik nog gezien. Grappig, ooit, toen het hier nog heide was, waren wij de jongste en ik de jongste van ons. Of in elk geval de kleinste. We werden niet gezien en later gedoogd, maar niet bewonderd. We waren, of laat ik voor mezelf spreken: ik was. Niets meer en niets minder. Toch een uiterst bijzondere kwaliteit. Af en toe bewonderd worden kwam pas de latere jaren, ruim nadat ik begon de winters te tellen. En nu zijn wij hier, of ik in elk geval, een van de oudste. Ik ben in elk geval 352 winters oud. Ik schat mijzelf op zo’n 400 winters, maar het kunnen er ook 450 zijn. Daarvoor is inwendig onderzoek nodig; dat kan ik zelf niet, maar u kunt het in een mum van een tijd zien wanneer ouderdom mij eens vloert. Ik ben mijn wortels. Mijn levenservaring, mijn opgedane kennis en zo langzaam maar zeker ook mijn ontwikkelde wijsheid. Mijn geïncarneerde dierbaren, mijn lucht, mijn voeding, mijn water. Ik ben.

Ik ben ‘mij’ met mijn stam en kruin. Het zichtbare deel van mij in de wereld. Het meest kwetsbaar ook, met name mijn schors rond mijn stam. Naarmate dichter bij de bodem, neemt die kwetsbaarheid toe. Dagelijks vecht ik tegen parasieten; zeker daar. Ik vrees juist daar beschadiging door kettingzagen, kapmessen, klauwen of klievende tanden. Tegen dergelijk geweld ben ik weerloos. In al die jaren is er nooit veel misgegaan. Maar daar waar u mij zonder van de grond te komen kunt aanraken zit mijn meest zwakke plek, terwijl mijn takken een veel dunner schors hebben. Echter, van eekhoorns en vlaamse gaaien word ik blij, net als van bosmuizen. Die zorgen voor mijn nageslacht. Wat daarvan in al die tijd is terecht gekomen, geen idee. Daarvoor gebruik ik mijn fantasie. Ook andere knaagdieren en vogels zijn welkom in mijn kruin, want ik ben ‘mij’ pas in relatie met anderen.

Ik ben natuurlijk pas totaal ik, wanneer ik mij ervaar met mijn ouders. Mijn ouders, in wie heel mijn evolutionaire geschiedenis besloten lag. Ja, mijn ouders. Wat zal ik vertellen? Mijn vader beschermde me niet, maar het was een lieve schat, die het ook niet wist. Of zijn wortels in goede grond stonden, zoals de mijne bij toeval wel, dat betwijfel ik. In mijn lange leven heb ik altijd begrepen dat ik voor bescherming afhankelijk ben van mijzelf en het toeval. En van anderen om mij heen en dan vooral degenen die kunnen wat ik niet kan. Zij die gevaren zien aankomen, die ik niet zie, en zij die me aansporen alvast een tegenmaatregel te nemen voor als ik wat te duchten krijg. Mijn moeder, die me toen het er op aankwam voorzag van alles wat ik nodig had, en mij later neurotisch wilde steunen, maar zelf ondertussen helemaal de weg kwijt was. Zij was om te overleven meer met haar eigen angsten in de weer dan met mijn problemen. Probleempjes, bij nader inzien. Met alle respect voor mijn ouders, zij mogen mij mijn gang laten gaan en zich nu met hun eigen interesses bezig houden. Ik ben duidelijk een kind van mijn ouders, want ik heb ook dat lieve, veel begrip – soms zoveel dat het me verward en ik om uit te waaien naar een flinke wind ga verlangen – en ik heb dat zorgzame van mijn ouders. Een verschil met mijn goede ouders is dat ik een andere weg gegaan ben, maar ik sta dan ook in de beste grond, die ik mij denken kan. Misschien heb ik mijn beide ouders wel overtroffen. En mocht dat zo zijn, dan is dat niet mijn prestatie, maar een verdienste van mijn mogelijkheden, die zij mij grotendeels meegegeven hebben; kansen die ik gegrepen heb. Dat dan weer wel.

Waar ik kan, adviseer ik of help ik uit dromen. Of ik sta wat van mijn voedselrijke wortelsappen af. Het maakt mij sinds 126 winters nog maar weinig uit wat ze met mijn bemoeienis doen. Waar ik bijkan, ben ik graag behulpzaam, maar nu ik wat ouder ben, en getekend door de tijd, zorg ik vooral altijd goed voor mijzelf. Ik wil genieten en waar mogelijk bijdragen aan het genieten van anderen, zelfs van herten en reeën wanneer die zich aan mijn bast willen schuren; zolang ze mijn schors maar niet gaan opeten.

En het laatst wat zo’n belangrijk inzicht voor mij geweest is, ik laat me geen rad meer voor ogen draaien. Nou ja, dat probeer ik. Door de woorden en het doen van anderen en mijzelf, leg ik mijn oor te luister naar mijn en hun noden. Die staan nog wel eens op gespannen voet met elkaar. De ander mag mij kennen via mijn openhartigheid. Ik wens de ander te kennen door haar of zijn onomwonden relaas. Dat dat niet altijd, zoals mijn vader dat wenste, in harmonie kan, begrijp ik al sinds 185 winters al te goed. Maar ieder met goede bedoelingen, moet in het volle licht kunnen staan en mededelen wat van belang is. Communiceren is een kunde.

Dus wanneer u mij iets te zeggen heeft, kom, klop mij wakker en ik luister als geen ander. Ook naar wat u niet vertellen kunt, maar feitelijk aan mij kwijt wilt, zal ik luisteren. En alles blijft onder ons. Meestal, zo leert mijn ervaring, is dat liefde. En liefde heeft veel gedaanten, tot haat en wraakzucht aan toe.

Genoeg gesproken. Dit lijkt mij wel zo’n beetje mijn verhaal. Ik verenig mij zo direct weer met mijn wortels, want alles om me heen lijkt veilig. Heerlijk, de geborgenheid van mijn omgeving te koesteren, zodat ik met volle aandacht kan doen wat ik zo ongelooflijk graag doe: leven.

Zonder woorden kon ik u dit meest intieme van mij niet vertellen, maar – toch nog èèn inzicht – het gaat niet om de zo zorgvuldig mogelijk gekozen woorden. Woorden verduidelijken, maar kunnen ook bedriegen. Het gaat erom wie ik ben en wie u bent. Dat lukt soms een klein beetje met woorden. U zou mij een plezier doen me nu hartstochtelijk te omhelzen, vanuit uw liefde. Vervolg daarna de weg, die de uwe is. Ik blijf hier. Fijn, wanneer u iets met mijn verhaal kunt en zo niet, laat dan wat ik met u deelde los. Er is tijd in overvloed. Ik maak mij alweer klaar voor de komende lente. Mijn takken gaan dan in het frisse groen. Mmmm, heerlijk.

Simpele journalistiek voor een simpel volk

Onderzoeksjournalistiek is volgens mij de enige echte journalistiek. Een belanghebbende, deskundige of politicus benaderen en optekenen wat die te zeggen heeft, ook al laat de interviewer ook andersdenkenden aan het woord, heeft weinig met nieuwsgaring te maken. Knippen en plakken, wat ik hier vaak doe, heeft ook al niets journalistieks. Wat ik hier produceer is slechts bedoeld om mijn gedachten, genoegens en ongerustheid te ordenen en publiceren ter Leering ende Vermaeck van mijn tijdgenoten. Ik ben dan ook geen journalist; voor knip- en plakwerk zonder gedegen belangenanalyse en brononderzoek zou een beetje journalist zich wat mij betreft moeten schamen. Nee, het wordt pas interessant als het ingewikkeld wordt doordat de journalist de belanghebbende, deskundige of politicus zelf kritisch bevraagt en confronteert met bijvoorbeeld ongerijmdheden met eerder geponeerde standpunten of andere zienswijzen. Maar dan moet je je als journalist wel terdege voorbereiden.

Ik stoor me er zelfs aan wanneer een deskundige of politicus gewoon wat zendtijd in de schoot geworpen krijgt. Ik ben altijd op zoek naar de nuances. Ik wil denkvoer waarmee ik mijn wereldbeeld kan bijstellen. Dat verkrijg ik alleen wanneer opgehelderd wordt wat de verborgen agenda van de geïnterviewde is, welke keuzes hij of zij maakt waar ook andere keuzes gemaakt kunnen worden.

Een concept waarvoor onder andere Hannah Arendt ons al in 1963 waarschuwde

Wie er momenteel de krant, radio, social media en tv op naslaat, kan niet anders besluiten: ‘de Russen’ laten zich weer kennen als gemene wereldveroveraars – die ze altijd waren; en gelukkig is er de NAVO om ons te beschermen. Een concept waarvoor onder andere Hannah Arendt in ‘Eichmann in Jeruzalem: de Banaliteit van het Kwaad’ ons al in 1963 waarschuwde. Elke afweging van standpunten aan beide kanten en zelfkritiek ontbreekt in de berichtgeving waardoor het eenvoudig om wij, De Goeien, tegen zij, De Slechten, wordt. Die Slechteriken zijn vreemde idioten die onze oprecht sympathieke en verantwoorde aanpak van problemen in de weg staan ook al hebben ook wij ons in het recente verleden nog flink misdragen (wat het nieuws mondjesmaat haalde).

Echter, was de wereld maar zo eenvoudig te doorgronden als in een heldenfilm of sprookje. Volgens mij hebben we veel meer overeenkomsten met de Amerikanen, Chinezen en de Russen dan we willen toegeven en is distantie nodig om de wereldproblemen te overzien. Wat wij van anderen (met veel bombarie) afwijzen, moeten we niet van onszelf door de vingers zien. De banaliteit van het kwaad schuilt erin kritische geesten in eigen gelederen monddood te maken èn eendrachtig met gebrainwashte hersenen of gesnoerde mond mee te werken aan haat zaaien en boosaardig doen.

Het is zelden een kwestie van de een, die deugt, tegen de ander

De spanning rondom Oekraïne is naar mijn mening overigens rechtstreeks terug te herleiden naar de ‘ambitieuze NAVO 2030-agenda’; het ‘Strategisch Concept van de NAVO voor de top in 2022’. Nadat ik daarvan in juni ’21 de inhoud gelezen had, voorspelde ik dat we de komende tijd alleen nog veel lelijks over China en Rusland te horen zullen krijgen, maar het ergste zag ik over het hoofd. We hebben over ons afgeroepen dat Rusland kennelijk – vanuit haar gezichtspunt – niet van zins is zich verder in het nauw te laten drijven.

Over de investeringen van de Amerikaanse regering in infrastructuur voor auto’s, elektriciteit, treinen, vliegtuigen en water worden we braaf geïnformeerd, maar over de investeringen van de Chinese regering in duurzaamheid weten we niets; ook al gaat dat om een bedrag dat ruim 86,5x hoger is dan Bidens ‘Infrastructure Investment and Jobs Act’. En waarom weten we daar niets van? Over China en Rusland tot 2030 niets dan slechts, over Nederland en de Verenigde Staten niets dan goeds (met voor de vorm hier en daar een kantekeningetje).

Wat de krant, radio en televisie betreft blijken de media nog slaafser dan in de vorige koude oorlog, die van 1955 tot 1989 duurde. En wij maar denken dat we iets van de wereld begrijpen of zelfs weten… Laat me niet lachen; het is zelden een kwestie van de een, die deugt, tegen de ander.

Bronnen: “Berichtgeving over Rusland-Oekraïne is géén journalistiek, het is propaganda” door Lode Vanoost en “China zal 75.000 miljard dollar uitgeven aan groene transitie” door Frank Willems; beide via DeWereldMorgen op respectievelijk 21 en 12 januari 2022.

Opkomend anticommunistisch, antidemocratisch, antiliberaal, anti-intellectueel, antiparlementair en autoritair nationalisme

Toen Pim Fortuyn in 2002 voorstelde het verbod op discriminatie te schrappen, bracht de presentator van het Journaal ‘Artikel 1 van onze Grondwet’ in herinnering om daaraan toe te voegen: “Er is maar één partij die eerder durfde voor te stellen dát artikel te wijzigen en dat was de extreem rechtse partij Centrum Democraten van [Hans; GjH] Janmaat”. In 2021 won de Partij Voor de Vrijheid van Geert Wilders zonder veel ophef 17 zetels met in haar verkiezingsprogramma: “Mensen die geen vreemden in hun eigen land willen worden. Maar vast willen houden aan onze tradities en vrijheden. Mensen die weten dat de beloftes van Mark Rutte niets waard zijn. En dat er niets onverstandiger is dan vrij baan te geven aan de islamitische ideologie die ons onze vrijheid wil afpakken. Mensen met ruggengraat, die verlangen naar een sterk, soeverein, sociaal en trots Nederland. Dát Nederland wil ik terug”.

De mens, de schoft, die went aan alles, Fjodor Dostojevski.

Ik vind het schandelijk en we kunnen ons er druk over maken, maar deze Nederlandse ontsporingen van ethiek en moraal zullen altijd klein bier blijven. Voor Hongarije, met Viktor Orban aan het roer, geldt op de keper beschouwd – hoe erg ook – hetzelfde.

Daarentegen kan het desastreus aflopen nu de Verenigde Staten van Amerika voorsorteren op anticommunistisch, antidemocratisch, antiliberaal, anti-intellectueel, antiparlementair en autoritair nationalisme, ofwel fascisme onder de vlag van ‘Make America Great Again’. De deelnemers aan de raid op het Capitool van 6 januari 2021 hadden zonder enige twijfel verschillende beweegredenen en inzichten. Ze vonden elkaar evenwel in hun streven naar de omverwerping van een democratisch verkozen regering. Wat er zich toen afspeelde, was per definitie kort en goed een poging tot staatsgreep. Noam Chomsky stelt: “Hadden enkele prominente Republikeinse figuren een andere houding aangenomen en de couppoging gesteund, dan had het militaire bevel andere beslissingen genomen. Dan had die poging warempel nog kunnen slagen ook. [Donald; GjH] Trump haalde alles uit de kast om de coup te ondersteunen (…) Een grote meerderheid van de Republikeinse kiezers had een dergelijke staatsgreep zeker toegejuicht. Ook de grote tenoren van het Republikeins politiek bestel, die op enkele uitzonderingen na in een beschamend vertoon van lafheid voor Trump door het stof kruipen, hadden er zich vlotjes achter geschaard”.

Voor hen in Kiribati maakt het niet uit, vrees ik

Ik verafschuw veel van het Democratisch beleid van Joe Biden, maar realiseer me al te goed dat we er op heel de aardbol in de nabije toekomst mooi klaar mee zijn wanneer de door en door verrotte Amerikaanse Republikeinse Partij de macht weer in handen krijgt. Het gaat immers om een wereldmacht, die zich van alle landen veruit het best bewapend heeft. Een land dat al heel lang haar eigen belangen stelt boven elk ethisch principe en het internationale recht. Een land waarvan we inmiddels gewoon zijn dat wie zich niet achter haar agressief beleid stelt, veronderstelt wordt een vijand te zijn en waar mogelijk gedwongen wordt naar haar pijpen te dansen. Kortom, een land dat geen ‘nee’ duldt. Voor de inwoners van De Straat Torres eilanden, Kiribati, Malediven, Palau, de Salomonseilanden, de Seychellen en Tuvalu zal het weinig uitmaken, omdat ze toch al vlotjes onder de zeespiegel zullen verdwijnen, maar voor wie klimaatverandering nog wel een leefbaarder wereld kan opleveren zal zich met de Republikeinen in het Witte Huis op een fascistoïde chaos moeten voorbereiden.

Bronnen: “8 januari 2022 van de Gutmensch-scheurkalender” door Rob Weinberg van de Correspondent, “Noam Chomsky: ‘Protofascisme en wit nationalisme ingrediënten sluipende coup door Republikeinse Partij’” door Alex Henderson op Alternet via de vertaaldesk van DeWereldMorgen op 17 januari 2022“ en Deze eilanden dreigen te verdwijnen door de stijgende zeespiegel” door Nicole Orij via NOS op 7 juni 2018.

Ik wil een heel ander gaaf land

In de wereld waar ik zou willen leven houden de gezagsdragers waaronder ik leef zich strikt aan alle mensenrechtenverdragen en probeert onze rijksoverheid niet bij ‘het grote geld’, maar binnen de Verenigde Naties het beste jongetje of het allerbeste meisje van de klas te zijn. Naar mijn mening is een organisatie als de VN een kenmerk van een streven de wereld beschaving te brengen. Dat kompas ontbeert – helaas voor mij – onze overheid. De Adviescommissie voor Vreemdelingenzaken rapporteerde bijvoorbeeld onlangs nog dat Nederland “meer moet doen tegen mensenrechtenschendingen bij het tegenhouden van migranten en vluchtelingen aan de Europese buitengrenzen”. Er zijn zelfs claims tegen Nederland(s belastinggeld) in voorbereiding.

Vluchtelingen hebben volgens het VN-vluchtelingenverdrag, dat ook door Nederland is ondertekend, recht om asiel te vragen in Europa. Nederland betaalt mee aan de bewaking van de buitengrenzen van de Europese Unie en levert daarvoor ook menskracht. Het is vluchtelingen uiterst moeilijk gemaakt de Europese grenzen over te steken, en door de zogeheten pushbacks, het terugjagen van mensen die de Europese Unie vaak met groot gevaar eindelijk bereikt hebben, krijgen zij geen kans om van dit recht gebruik te maken. Bovendien kunnen zij geen bezwaar maken bij de Europese grensbewaker Frontex of bij andere Europese instanties over hun mishandeling. Laat staan over het vele geld dat zij aan mensensmokkelaars moesten betalen om door mazen in de hermetisch gesloten grenzen te glippen.

Het onlangs verschenen rapport roept het Nederlandse kabinet op om in EU-verband werk te maken van de bescherming van migranten en vluchtelingen aan de Europese buitengrenzen. De houding van lidstaten moet van de onderzoekscommissie veranderen “van ‘waar komen we mee weg?’ naar ‘wat behoren we doen?’”.

En waarmee onze overheid vooralsnog gemakkelijk wegkomt is om het aanvragen van asiel in Nederland zo moeilijk mogelijk te maken. Het kan alleen in Ter Apel, een half uur lopen van de dichtstbijzijnde bushalte daar. Kansloze zaken krijgen voorrang, zodat kansvolle Jemenieten, LHTBI-ers en Syriërs ruim anderhalf jaar moeten wachten voordat hun procedure van start kan gaan, gezinshereniging kan pas gestart worden nadat de eerste procedure is afgerond en duurt ook zo’n anderhalf jaar. Deze wachttijden leidden niet tot extra inspanning, totdat rechters dwangsommen aan de Immigratie- en Naturalisatiedienst gingen opleggen.

Alles rondom asiel lijkt erop gericht dat migranten en vluchtelingen hun achterblijvers laten weten: “Kom hier niet naar toe, want het is vreselijk wat we hier meemaken”. Ik vrees onverholen dat wanneer de verblijfsvergunning met hangen en wurgen dan toch (vooreerst voor 5 jaar) verleend is de nieuwe Nederlander zich na al dat getreiter ook niet meer met hart en ziel aan Nederland zal gaan hechten, maar dat weet je natuurlijk maar nooit.

Enfin, deze bedenkelijke zorg voor vreemdelingen is dus niet het ‘gave land’, waarin ik graag zou leven. Liever zou ik zien dat Nederland eraan bijdraagt om in verre landen het motief om er vandoor te gaan zou verminderen door op te houden bedenkelijke regiems aan munitie, wapens en wapensystemen te helpen en door handel, waarvan de winsten ten goede komen aan mensonterende overheden en multinationals, vaak ook nog gebaseerd op uitbuiting, te stoppen. Of gemonitoorde eisen te stellen aan de leef- en werkomstandigheden van het voetvolk.

Bron: “Commissie: pushbacks ontoelaatbaar, ook voor Nederland dreigen dagvaardingen” van de redactie Binnenland via NOS op 11 januari 2022 en 13 januari op de Gutmensch scheurkalender.

Wie zich beter wil informeren over hetgeen er zich aan de buitengrenzen van de EU afspeelt, kan hier een link openen naar het artikel “Een hel creëren om mensen af te schrikken”. Dat artikel verscheen in de Groene Amsterdammer van 12 januari 2022.

Tegen de leerstellingen van alle religies en menselijke goede wil

Het plan van de Verenigde Naties, om extreme armoede tegen 2030 uitgeroeid te hebben, mislukt momenteel door een reeks wereldwijde problemen, waaronder de covid-19-pandemie, klimaatverandering en de wijdverspreide militaire conflicten. Bijna 25 jaar lang lukte het de eerste van de 17 Duurzame Ontwikkelingsdoelen* (SDG) van de VN, uitbannen van alle vormen van (extreme) armoede, terug te dringen, maar een rapport van de Wereldbank, dat afgelopen oktober werd bijgewerkt, zegt dat nu weer ongeveer 100.000.000 extra mensen in armoede leven.

VN-secretaris-generaal Antonio Guterres beaamt dat de pandemie “uitdagingen heeft blootgelegd”, zoals de zware prijs die samenlevingen betalen door gebrek aan universele sociale bescherming, ontoereikende gezondheidszorg en structurele ongelijkheden.

Het verleden maakt deel uit van ons heden, dat onze toekomst bepaalt.

De gezaghebbende Roberto Bissio, coördinator van Social Watch (een internationaal netwerk van burgerorganisaties die monitoren hoe overheden voldoen aan internationaal overeengekomen verplichtingen), wees erop dat de Wereldbank armoede opnieuw onderschat door het te meten met de extreem lage standaard van $ 1,90 per dag.De Bank heeft gelijk dat SDG-1 over het verminderen van armoede tegen 2030 zonder grote beleidswijzigingen niet zal worden behaald, maar SDG-10 over het verminderen van ongelijkheid ook niet”, zei Bissio. Met name in het Zuiden, waar staten onvoldoende geld hebben om onderlinge verschillen tegen te gaan, blijkt dat ongelijkheid is verergerd. De Wereldbank hanteert beschamende eisen als deregulering en privatisering wat ongelijkheid juist verergert. Bissio doelt daarmee op de voorwaarden, die aan landen worden opgelegd om financiële hulp te ontvangen: “De instelling, die beweert armoedebestrijding als belangrijkste mandaat te hebben, is een deel van het probleem, niet van de oplossing.

Ook Vicente Yu, senior juridisch adviseur bij het Third World Network, zegt dat de tegenslagen in de strijd tegen de wereldwijde armoede als gevolg van de covid-19-pandemie in 2020 met name in ontwikkelingslanden de impact heeft verergert van andere crises, zoals biodiversiteitsverlies, klimaatverandering en de ontwikkelingskloof voor de armen in de wereld. Hij spreekt van “historisch onrecht” en stelt:“Het verleden maakt deel uit van ons heden dat onze toekomst bepaalt. Deze crises zijn met elkaar verbonden en kunnen niet effectief worden bestreden met versnipperde inspanningen of in graan-opslagplaatsen. (…) Wereldwijde armoede en ongelijkheid worden niet veroorzaakt doordat mensen niet hard werken, maar door de manier waarop het wereldwijde economische, financiële en handelssysteem is opgezet.” Dat bouwwerk maakt het voor arme volkeren en landen moeilijk om uit de armoede te komen.

Armoede en ongelijkheid zijn geen natuurverschijnselen

Het voortbestaan van ernstige armoede en ongelijkheid voor veel volkeren over de hele wereld, nog verergerd door het klimaatverandering, biodiversiteitsverlies en de pandemie, is een groot onrecht, te meer wanneer het wordt gezien tegen de technologische en industriële vooruitgang elders op de wereld en de kapitaalaccumulatie van een relatief klein aantal mensen in dezelfde periode dat dit ontrecht plaatsvindt. “Het is tegen de leerstellingen van alle religies en menselijke goede wil om te weigeren op te treden tegen het onrecht van armoede. We mogen niet wegkijken en oproepen tot liefdadigheid. We moeten met moed en overtuiging handelen om onrecht recht te zetten en voor iedereen bevrijding van armoede en ongelijkheid te bereiken (…) Het jaar 2022”, aldus Yu, “zou het jaar moeten zijn waarin alle volkeren samen komen om elkaar te bevrijden van de ketenen van wereldwijde armoede en ongelijkheid.

Volgens Yu zijn armoede en ongelijkheid “geen natuurverschijnselen, maar ze worden veroorzaakt door de handelswijze van mensen”. Daarom zouden ze ook door menselijke ingrijpen kunnen worden teruggedraaid. Echter, doordat we nalaten om gezamenlijk op alle fronten aan te pakken tegen armoede en ongelijkheid leidt dat tot machteloosheid, schendingen van mensenrechten, toegenomen onzekerheid en uitsluiting voor gemeenschappen, landen en volkeren. Hij bedoelt daarmee dat de onderliggende oorzaken en gevolgen van klimaatverandering, biodiversiteitsverlies en pandemische reacties niet adequaat, maar versnipperd worden aangepakt. Yu wijst erop dat door ons falen zelfs ontkend wordt dat we keuzemogelijkheden hebben. Yu: “De bestrijding hiervan [armoede en ongelijkheid; GjH] moet plaatsvinden door een brede en systemische inspanning over de hele wereld, gebaseerd op een diep gevoelde urgentie; op een begrip van rechtvaardigheid en daadwerkelijk rechtvaardig handelen, waarbij publiek eigendom bij het ondernemen cruciaal is voor onderling afgestemde acties op economisch, sociaal en milieugebied. Het gaat erom te kiezen om de voorwaarden te creëren voor menselijke waardigheid en een fatsoenlijk leven voor iedereen, in plaats van te hopen op liefdadigheid van de rijken.

Bron: “A Fast-Spreading Pandemic has Reduced an Additional 100 Million People into Poverty” door Thalif Deen via InterPressService op 6 januari 2022 (vertaling op persoonlijke titel).

Voor wie hier meer over wil lezen: De Groene Amsterdammer van 5 januari 2022 heeft een lezenswaardig overzichtartikel opgenomen over ‘eerlijk klimaatherstel’. Dat artikel is hier te lezen.

* De 17 SDG’s zijn (bron ‘Rijksoverheid van Nederland’):

  1. Uitbannen van alle vormen van (extreme) armoede
  2. Einde aan honger, zorgen voor voedselzekerheid en duurzame landbouw
  3. Gezondheidszorg voor iedereen
  4. Inclusief, gelijkwaardig en kwalitatief onderwijs voor iedereen
  5. Gelijke rechten voor mannen en vrouwen en empowerment van vrouwen en meisjes 
  6. Schoon water en sanitaire voorzieningen voor iedereen
  7. Toegang tot betaalbare en duurzame energie voor iedereen
  8. Inclusieve, economische groei, werkgelegenheid en fatsoenlijk werk voor iedereen
  9. Infrastructuur voor duurzame industrialisatie
  10. Verminderen ongelijkheid binnen en tussen landen
  11. Maak steden veilig, veerkrachtig en duurzaam
  12. Duurzame consumptie en productie
  13. Aanpak klimaatverandering
  14. Beschermen en duurzaam gebruik van de oceanen en zeeën
  15. Beschermen van ecosystemen, bossen en biodiversiteit
  16. Bevorderen van veiligheid, publieke diensten en recht voor iedereen
  17. Versterken van het mondiaal partnerschap om doelen te bereiken

Ons nieuwe kabinet

Op 8.8.’16 schreef ik mijn eerste weblog. Niet hier, maar op een in de internet-mist verdwenen website. Vòòr die mooie augustus-dag had ik de smaak van het blogs schrijven te pakken gekregen door op advies van een broer van mij SanteLOGie een tijdje te volgen; de blogs van een ex-collegajournalist van hem, die ‘Sante’ als voornaam heeft.

De man schrijft naar mijn smaak boeiend, gemakkelijk en getuigt van een visie. Hier is een voorbeeld van hoe hij tegen ons aanstaande kabinet aankijkt.

En als we het dan over het vandaag aantredende kabinet hebben; ook Dirk Bezemer slaat in de 1ste Groene Amsterdammer van dit jaar de kabinetsspijker op zijn zwaktekop: waar het Rijk bespaart, ontstaat een niveau lager een tekort. Onderaan die keten staat de kwetsbare burger, die enkel nog op zichzelf kan bezuinigen. En juist die groep ontbreekt in het nieuwe coalitieakkoord. Zijn column is hier te lezen.

Ik wens met name de kwetsbare mensen in onze samenleving vandaag extra sterkte met ons nieuw aangetreden kabinet, dat ‘er zin in’ schijnt te hebben. Iedereen die structurele oplossingen wenst voor de bedreigingen van de aarde en de mensheid adviseer ik nog drie jaar geduld.

Selectieve verontwaardiging

De plicht van kriti… nou ja daar doen we in dit zogeheten vrije land niet aan. We zijn allemaal vrije mensen die naar believen mogen beweren dat de aarde plat is. OK dan. Dan nog eens…

De morele plicht van kritische mensen is om juist de misdaden aan te klagen die in hùn naam worden begaan. Journalisten en mediacommentatoren, die wantoestanden in verre landen verontwaardigd afkeuren, zijn te vergelijken met de moed van iemand, die zich boos maakt over slavernij in de 16de eeuw; mooi, maar irrelevant.

Aanklagen wat de eigen overheden doen, heeft daarentegen zin. Met zulke aanklachten zijn misstappen te beteugelen. Bovendien geven zulke aanklachten pas gezag aan meningen over wat in andere landen misgaat. Aan selectieve verontwaardiging heeft niemand wat; dan wijzen we allemaal naar elkaar wat in het beste geval alleen de sfeer verziekt.

Helaas is zo’n kritische blik bij onze media eerder uitzondering dan gewoonte. Onze media lijken als enige doel te hebben ons te amuseren, zodat targets aan abonnementen, kijkcijfers of klikken gehaald worden. Amusement zet zelden aan tot een kritische bezinning. Bij entertainment moet de doelgroep zich na afloop met een goed gevoel op het volgende kunnen storten. Verontrustend nieuws, dat het ook hier niet pluis is, komt dus ongelegen. Juist dat laatste ‘niet weten en focussen op onrecht elders’ geeft weer wel een goed gevoel. Het goede gevoel van onwetendheid, zou ik zeggen. Echter, wanneer we het kwaad, waar onze overheden zich schuldig aan maken, niet in het gezicht kijken, zullen we uiteindelijk het onrecht dat in onze naam gebeurt niet meer herkennen.

Voor degenen, die het lef hebben de hand in eigen boezem te steken, zit er niets anders op dan zich buiten de bekende paadjes om te informeren over wat onze overheden uitvreten. Er zijn voldoende dossiers met belangwekkende informatie beschikbaar, zoals het regeerakkoord 2021 “Omzien naar elkaar, voortuitkijken naar de toekomst”. Om maar wat te noemen.

Bronnen: De uitspraken van Noam Chomsky in het artikel “1000 dagen Assange in Belmarsh, 1000 dagen journalistieke schande” door Lode Vanoost via DeWereldMorgen op 5 januari 2022. Aan het eind van dit lezenswaardig artikel is een link opgenomen naar het interview waarin Chomsky tegen BBC-icoon Andrew Marr zegt: ‘Ik zeg helemaal niet dat jij gecensureerd wordt. Ik ben er zeker van dat jij alles gelooft wat je zegt. Mijn punt is dat jij hier niet zou zitten als je andere gedachten gehad zou hebben’ en “KliFi. Woede in Nederland” door Adriaan van Dis via 1 januari op de Gutmensch Scheurkalender 2022.

Ik heb een droom

Zo, de donkere dagen voor de kerst zijn achter de rug. De dagen worden weer langer en we kunnen inmiddels ook op het verloop van de laatste feestdagen van 2021 terugkijken. Nu, na een paar weken van traditie, kunnen we weer verder met onze dagelijkse levens. O, voor ik het vergeet:

blijf gezond, geniet en zorg goed voor wie je dierbaar is

Ik hoop toch van harte dat we, aangezien het de jaren hiervoor niet gebeurd is, dit jaar met elkaar getuigen kunnen zijn van een trendbreuk met ons gemeenschappelijk verleden. Dat we op basis van ethiek met elkaar om gaan gaan en dat op basis van ethiek politiek bedreven gaat worden.

‘Ethiek’, ja ik weet dat dat een moeilijk begrip is. Ik bedoel ermee dat we, net voordat we tot handelen overgaan, ons kritisch bezinnen of ons voorgenomen handelen het meest juiste is om in de gegeven situatie te doen. Dat we de gevolgen van ons doen en laten van te voren proberen te overzien en wanneer we dan toch de daad bij het woord voegen de volle verantwoordelijkheid op ons durven nemen – en nemen –  voor hetgeen we gedaan, gelaten of gezegd hebben. Dat we nooit meer iets hoeven te verzwijgen over wat we gedaan hebben omdat we eerlijke, oprechte keuzes hebben gemaakt. Misschien achteraf toch niet (helemaal) goed, maar dat we op basis van de toen beschikbare informatie op het moment van handelen wel deden wat werkelijk het meest juist leek.

Het wordt een genot om in de spiegel te kijken

En dat we dat in ons eigen leven, op school, thuis, onder familie, vreemden en onder vrienden of op onze vrijetijdsbesteding of op ons werk gaan handelen met de oprechte bedoeling het werkelijk-juiste te doen, en dat ook degenen die meer aan de touwtjes trekken dat gaan doen; wars van het minste zelfzuchtig eigenbelang of kokerdenken; telkens proberend voor de gemeenschap, waarvan ze deel uitmaken, en voor hen die van hen afhankelijk zijn en voor hen die – hoe indirect ook – gevolgen van hun handelen ondervinden, het meest juiste te doen wat mogelijk is.

Op naar een wereld waarin volgens mij iedereen wel zou willen leven…