Een feestje over de ‘liefde’

Het is alweer even geleden dat Apollodorus het verhaal vertelde dat hij van Aristodemus hoorde over een symposium, een drinkgelag of feestmaal. Het werd indertijd ter ere van de tragedieschrijver Agathon gehouden. Socrates is bij die gelegenheid te laat gekomen, doordat hij in gedachten verzonken ergens in de stad tijdens gesprekken alle besef van tijd was kwijtgeraakt. Nadat ze klaar zijn met eten, herinnert Eryximachus iedereen aan Phaedrus‘ suggestie dat iedere aanwezige op zijn beurt een spreekbeurt zou geven: een verhaal ter ere van de god van de liefde.

Phaedrus steekt van wal en vertelt dat Liefde (Eros) een van de oudste goden is. Deze god bevordert volgens hem het best de deugd van mensen.

Pausanias volgt hem als spreker op. Hij maakt een onderscheid tussen ‘Gewone Liefde’, die draait om begeren, en ‘Hemelse Liefde’, die plaatsvindt tussen een man en een jongen. In het geval van de Hemelse Liefde verleent de geliefde, de jongen dus, seksueel genot aan de oudere man in ruil voor een intellectuele en morele opvoeding.

Eryximachus, de geneesheer, wijst erop dat ‘goede liefde’ aanzet tot matigheid (wijsheid) en orde. Ook zegt hij dat liefde zich niet beperkt tot relaties tussen mensen, maar net zo goed gevonden kan worden in geneeskunde, muziek en tal van andere zaken.

Aristophanes is de volgende spreker. Hij vertelt een mythe over hoe we als mensen eens als èèn tweeslachtig wezen op aarde rondliepen. Alle mensen waren ‘bolmensen’. Wegens de arrogantie en overmoed van onze voorouders werden ze bij wijze van straf door Zeus in tweeën verdeeld. Geslachtsdelen plaatste Zeus daarna van achter naar voren, zodat we in plaats van bolmensen mannen en vrouwen werden. Sindsdien zwerven mensen als gehalveerd bolmens over de aarde. Op straffe van Zeus voortdurend zoekend naar onze wederhelft, waar we ons mee willen verenigen om weer heel te zijn.

Agathon volgt Aristophanes op en geeft een retorisch uitgewerkte speech ten beste waarin Liefde voorgesteld wordt als gevoelig, jong, mooi en wijs. Hij schurkt aan tegen de opvatting van Phaedrus: Liefde is volgens hem verantwoordelijk voor de aanwezigheid van alle deugden in ons.

Socrates, die zich dus later bij dit gezelschap voegde, stelt een en ander op zijn eigen wijze in vragen [het Socratisch gesprek; GjH]. Hij vindt dat Agathons’ redevoering niet over de Liefde ging, maar over de objecten van de liefde.
Socrates vertelt vervolgens het verhaal van de wijze vrouw Diotima. Volgens haar was Liefde helemaal geen god, maar eerder een geest die bemiddelt tussen mensen en het object van hun begeren. Liefde zelf is noch mooi, noch wijs. Liefde is eerder het verlangen naar schoonheid en wijsheid. Liefde kan zich volgens Socrates op twee manieren uitdrukken: door de lichamelijke aspecten van seks, voortplanting en zwangerschap of door het delen en voortbrengen van ideeën.
De grootste wijsheid van al, vertrouwt Socrates de anderen toe, is ‘Kennis van de Vorm van Schoonheid’. Dat is dat we allen volgens hem zouden moeten nastreven.
Socrates beëindigt zijn toespraak met het inzicht dat het hoogste doel van de liefde ‘de liefde voor wijsheid’ is. Als het echt om de liefde zou gaan, zou iedereen volgens Socrates filosoof worden.

Aan het eind van Socrates’ toespraak komt een dronken Alcibiades naar voren, die op de grond valt. Hij prijst Socrates luidruchtig om zijn wijsheid. Ondanks Alcibiades’ pogingen om ook Socrates te laten proeven van zinnelijke geneugten, slaagt hij daar niet in. Socrates is helemaal niet geïnteresseerd in zinnelijk genot.

Het feest eindigt in chaos en een drinkpartij, waarbij Aristodemus in slaap valt. Als hij de volgende morgen wakker wordt, ziet hij hoe Socrates nog steeds energiek zit te discussiëren met Agathon en Aristophanes. Als uiteindelijk iedereen in slaap is gevallen, staat Socrates op en begint aan zijn nieuwe dag. Hij wandelt naar het Lykeion, een van de drie grote gymnasia buiten de stadsmuren van het oude Athene. Socrates brengt de rest van de dag door op zijn gewone manier, zonder te gaan slapen voor het donker wordt.

Het ‘Symposium’, waarin dit alles beschreven is, is een dialoog geschreven na 385 v.Chr. door de Griekse filosoof Plato. Het verschaft inzichten over de manier van leven van de Atheense intellectuele kringen uit die tijd en wellicht een antwoord op uw vraag wat liefde is.

Bronnen: “Symposium” via Wikipedia.org, Tros Nieuwsshow Radio 1, “Symposium” via Scheltema.nl en “Iedereen was er” via Bol.com; alle vier op 7 november 2015.

De strekking van dit blog verscheen eerder als blog 247 op een voorloper van deze website.

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s