Strijd tegen een socialistisch platform

Het rapport van de Britse overheidscommissie voor mensenrechten, de ‘Equalities and Human Rights Commission’ (EHRC), stelt op 5 november jl. geen institutioneel antisemitisme vast binnen Labour en pleit Jeremy Corbyn vrij. Dit was anders dan wat de mainstream media verkondigden.

Jonathan Cook behoort tot het zeldzaam wordend soort journalisten dat zelf rapporten leest alvorens er over te schrijven. Zelfs de EHRC blijkt – weliswaar impliciet en niet expliciet – toe te geven dat de voorbije 5 jaren een aanval tegen Corbyn waren voor zijn standpunt dat ook Palestijnen recht op mensenrechten hebben.

Uiteindelijk kon de commissie slechts 2 gevallen van onwettig antisemitisme signaleren waarvoor de partij verantwoordelijk kon worden gesteld. Volgens het rapport waren er 18 ‘grensgevallen’, waarvoor “echter niet genoeg bewijsmateriaal bestond om uit te maken of Labour al dan niet wettelijk verantwoordelijk was voor deze individuele gedragingen.” Het valt op dat de EHRC vermeed de verantwoordelijkheid voor de tekortkomingen van de partij bij de behandeling van klachten over antisemitisme – de ernstigste aanklacht die op tafel lag – te koppelen aan de naam van een Labour-lid. Die beslissing maakt het mogelijk de schuld ervan toch bij voormalige Labour-leider Jeremy Corbyn te leggen.

Het rapport is onsamenhangend

Peter Oborne en Richard Sanders, collega’s van de auteur bij Middle East Eye, hebben de betreffende formuleringen ‘ironisch’ genoemd. Het gaat namelijk over die partij-ambtenaren, die zichzelf in een gelekt rapport als “klokkenluiders” manifesteerden, die als ‘klachtencommissie’ door de EHRC juist verantwoordelijk geacht worden voor de grootste tekortkomingen binnen Labour. Met andere woorden, het waren de boosdoeners zelf die Corbyn en zijn intimi als boosdoener verdacht hadden gemaakt.

De overigens door de commissie genegeerde ‘olifant in de kamer’ is dat er voor iedereen in de partij een “vijandige omgeving” was ontstaan. Joodse en niet-Joodse Labour-leden, die beschuldigd werden van antisemitisme, voelden zich gestigmatiseerd en opgejaagd. Zij werden vaak na het bekritiseren van het doen en laten van de staat Israël van antisemitisme beschuldigd, of nadat ze waarnamen dat er pogingen waren om links uit de partij te verdrijven ‘onder het mom van beschuldigingen van antisemitisme’.

Diep begraven in het rapport staat de verbazingwekkende bekentenis van de commissie dat zij in de 70 onderzochte zaken “bezorgdheid over eerlijkheid” vonden van 42 Labour-leden die waren onderzocht voor antisemitisme. Met andere woorden, het waren degenen die van antisemitisme beschuldigd werden en niet degenen die de beschuldigingen uitten, die door de partij slecht behandeld werden; hetzij door de disciplinaire eenheid die Corbyn vijandig gezind was, hetzij door Corbyns medewerkers in hun ijver om de lopende zaken snel op te lossen.

Het rapport blijkt ‘onsamenhangend’. Zo stelt de commissie dat Ken Livingstone, voormalig burgemeester van Londen, “onwettige pesterijen” had begaan. Tegelijkertijd verwijt de commissie het team van Corbyn dat het geprobeerd had strenger tegen Livingstone op te treden.

Hun doel was hem ervan te weerhouden een socialistisch platform te implementeren

Artikel 10 in het Europees Verdrag tot de Bescherming van de Rechten van de Mens – bescherming van de vrije meningsuiting, dat ook in de Britse wet is verankerd – voert aan dat een politieke partij alleen onderzocht moet worden als zij de antiracismewetgeving op ‘flagrante en systematische wijze overtreedt’. Het rapport van EHRC toont aan dat aan die voorwaarde bij lange na niet voldaan werd. De commissie maakt dit punt in het verslag; wellicht onbedoeld. Zij stelt dat het beschermende artikel 10 van toepassing is, zelfs als er beledigende en provocerende opmerkingen gemaakt worden, en dat deze bescherming vooral geldt voor verkozen politici. Het rapport voegt daar aan toe: “Artikel 10 zal de leden van Labour beschermen, die bijvoorbeeld legitieme kritiek uiten op de Israëlische regering of hun mening geven over interne partijzaken zoals de omvang van het antisemitisme binnen de partij”. Vervolgens negeert de commissie deze bescherming in haar eigen rapportage. En met haar schorsing van Corbyn negeert het partijbestuur van Labour deze regelgeving op dezelfde manier. [Een schorsing die overigens enkele uren na publicatie van dit blog zou zijn ingetrokken (er is vast geen oorzakelijk verband), maar daarna toch van kracht bleef; GjH 18/11/2020].

De aanspraken van pro-Israëlische groeperingen kregen enkel politieke aandacht omdat Corbyn, in gemeenschappelijk overleg, het doelwit werd van een neoliberale gelegenheidscoalitie. Dat betrof de Blair-vleugel binnen zijn eigen partij, de Conservatieve Partij en media. Zij wilden met elkaar voorkomen dat Corbyn Eerste minister zou worden. Hun doel was Corbyn in diskrediet te brengen in de ogen van de Britse kiezers en hem er zo van te weerhouden een socialistisch platform te implementeren; een platform dat de belangen van de gevestigde orde frontaal zou uitdagen. Uiteindelijk bleek ‘antisemitisme’ de meest doeltreffende verdachtmaking.

Bron: “Schorsing Corbyn na rapport antisemitisme veroorzaakt interne burgeroorlog in Labour” door Jonathan Cook via DeWereldMorgen op 16 november 2020.

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Twitter-afbeelding

Je reageert onder je Twitter account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s