“Er zijn verschrikkelijke misstanden in de wereld”, had de fiere, moderne dame gezegd, om eraan toe te voegen, dat je alleen je eigen Licht kunt aansteken en laten stralen naar alles en iedereen. Daardoor zou men uiteindelijk de wereld een beetje beter achter laten dan men die ooit had aangetroffen. Om te besluiten met: “Daarmee brengen we hopelijk ook het collectief bewustzijn op een wat hogere frequentie.”
Dat allemaal gezegd hebbende zweeg mijn vriend. Ik kreeg een geweldige behoefte aan een glas cognac, dat de telefoon zou gaan of dat ik gewoon door de grond zou zakken, maar om cognac dorst ik niet te vragen, de telefoon bleef zwijgen en er bleek alweer geen sinkhole onder zijn huis. Nou ja, dan moest het maar…
“Het lijkt mij altijd wel handig je eigen licht aan te steken”, probeerde ik.
“Licht, Gerardus, met een kapitaal”, sprak hij dromerig.
“Het lijkt mij altijd wel handig je eigen Licht aan te steken”, probeerde ik nog eens.
“En dan?”
“Dan”, ‘ja duuuhhhh, weet ik veel’, ging snel door mij heen, “geef je ultieme betekenis aan je leven”, gokte ik.
“Kan ik ook ultieme betekenis aan mijn leven geven, door mijn Licht niet aan te steken?” vroeg mijn vriend.
Daarom is deze vriend mijn vriend. Ik deins met alle golven mee. Ik geniet van de wind en de dynamiek. Ik heb lol. Hij denkt na, zonder dat het hem moeite kost. Meestal, net als nu, heeft hij slechts één vraag nodig om mij met beide voeten, nee, tot aan mijn middel terug te brengen op aarde.
“Dat denk ik niet”, riposteerde ik, “we kunnen niet om onszelf heen, hè? Ook al kruip je met je hoofd onder de dekens, dan nog is dàt jouw licht, Licht, sorry.”
Mijn vriend had deze fiere, moderne dame ontmoet via een datingsite. Hij vond haar profielschets leuk, nodigde haar uit voor een eerste date, en vond haar steeds boeiender worden.
“Welk Licht steekt zij aan?”, vroeg ik hem op goed geluk.
Mijn vriend dacht na en er verscheen een glimlach rondom zijn gezicht. De glimlach werd breder en breder en hij moest vreselijk lachen. Dit ken ik van hem. Nu zou er een vilein inzicht volgen. Eenmaal uitgelachen keek mijn vriend mij met zijn twinkelogen ernstig aan, en zei: “Man, daarom ben ik zo blij met jou als vriend. Jij weet vragen te stellen waardoor ik alle plezier in mijn leven terugkrijg.”
Hij vervolgde: “Zij zal voor haar leerlingen een helder Licht zijn, maar het was een regenachtige periode toen ik haar uitnodigde. De horeca was vanwege coronabeperkingen gesloten. Daar had ze het over als reden om nog even niet voor een eerste keer met elkaar af te spreken. ‘Maar er is geen haast bij, toch?’ schreef zij op de website. Ik vond dat OK, want zoveel haast had ik ook niet. Drie weken later nodigde ik haar nog eens uit. Maar toen had ze een afspraak gemaakt met een andere vent. Hoe dat verliep, moest ik maar even afwachten. Dat heb ik gedaan.”
“Mooie boel”, was het enige dat ik bedacht om tegen mijn vriend te zeggen. Origineler ben ik nu eenmaal niet.
Hij vervolgde: “Die vent was voor haar niet interessant geweest, dus zij liet mij weten alsnog op mijn uitnodiging in te willen gaan.”
“Dus het was niet de smoes geweest, die mensen op datingsites altijd horen: ‘je hebt een leuk profiel, maar ik ben in contact met iemand anders en ik wil geen dingen door elkaar heen laten lopen?’”
“Nee, en we ontmoetten elkaar en alles was eigenlijk heel leuk aan haar. Ze las me even de les over hoe ik mijzelf in de weg zou zitten, maar wat verwacht je van een spiritueel docent? Ik weet van die dingen niet zoveel. We namen na een flinke wandeling afscheid, nadat we over en weer gezegd hadden tevredengesteld te zijn. Het was in alle opzichten een persoonlijke, open, prettige communicatie geweest. Wat ze echt van mij dacht, wist ik natuurlijk niet, maar ik vond haar fier en modern. Ik wilde het wel een kans geven.”
“Zij liet me een dag later weten daar hetzelfde in te staan, maar weer kwam dat zinnetje: ‘Er is geen haast bij, nu gevolgd door een :-)’. En weer tuinde ik daar met beide ogen in. Want na een week weinig serieuze uitwisseling liet ze weten dat er voor ons niet meer dan vriendschap in zat en toen ik daarmee instemde, omdat me dat ook leuk leek, liet ze weten dat ze helemaal geen contact meer met me wilde.”
Daarna zweeg hij, nog steeds met die pretoogjes van hem en die glimlach rond zijn mond.
“Toch lijkt het mij dat je er geen last van hebt”, zei ik.
“Jij vroeg toch welk Licht zij aanstak? Dit!”
“Wat bedoel je?”
“Het Licht dat zij aansteekt, is als het er voor haar zelf op aankomt steeds net zo lang de tijd nemen totdat alles uitgedoofd is, dan houdt ze daarna alles bij het oude, bekend en vertrouwd, hoe het altijd was.”