“Amerikaanse en Europese overheden waren voorzichtig in hun aanpak van de pandemie”, schrijft hoogleraar Moderne Geschiedenis aan Columbia University Adam Tooze in zijn laatste boek ‘Shutdown’. Het autoritaire China bleek een stuk voortvarender, “Het is een subliem spektakel dat het regime in Beijing opvoert.”
Wereldwijd is grote morele vooruitgang geboekt in de waardering van menselijk leven
Na publicatie van zijn boek ‘Crashed’ in 2018 drong het tot de ingewijden door dat het volgende project van Tooze een traditionelere vorm van geschiedschrijving zou betreffen: de geschiedenis van de milieubeweging. In zijn blogs en op Twitter doken steeds vaker verwijzingen op naar rapporten over biodiversiteitsverlies, broeikasgassen en klimaatopwarming. En toen meldden in december 2019 in de Chinese provinciestad Wuhan tientallen inwoners zich bij de medische autoriteiten met een mysterieuze longaandoening. Begin januari werd de eerste dode geteld. Een paar weken later was het virus geïdentificeerd – Covid-19 – en mocht niemand in Wuhan en omstreken haar of zijn huis meer uit. Op 12 maart 2020 betitelde de Wereldgezondheidsorganisatie (WHO) de uitbraak formeel tot een pandemie en even later ging streek voor streek de hele wereld op slot.
Het resultaat van Tooze’s ijver draagt dus de titel ‘Shutdown’ (stilleggen), en niet het voor de hand liggende Lockdown (vergrendelen). Het is een met veel vaart geschreven mondiale reconstructie van de pandemie, met veel ruimte voor de economische en financiële consequenties en een gedetailleerde beschrijving van politieke beslissingen, die aan de wieg hebben gestaan van de gigantische reddingspakketten, die zijn gebruikt om economieën draaiende te houden. En net als bij ‘Crashed’ spreekt uit de hoofdstukken over China bewondering voor de effectiviteit van het Chinese bureaucratische apparaat; zowel bij de bestrijding van het virus als bij het opvangen van de sociaal-economische gevolgen van de maatregelen, die werden getroffen om de verspreiding ervan tegen te gaan. En net als bij ‘Crashed’ krijgt de Amerikaanse technocratie, gegroepeerd rond de Federal Reserve, de eer het mondiale financiële stelsel in de lucht te hebben gehouden en daarmee het ontstaan van een financiële crisis binnen deze medische crisis te hebben voorkomen.
Anders dan bij ‘Crashed’ is het oordeel over de politieke reactie in Europa en de VS deze keer gelijkluidend: beide hadden te laat in de gaten met welk virusgeweld ze te kampen hadden. Beide verkeerden te lang in de veronderstelling dat de epidemie zich net als tijdens de Hongkonggriep en Sars tot Azië zou beperken. En ook anders dan bij ‘Crashed’ is deze keer het oordeel over de beleidsreactie van de Europese politieke elites veel lovender dan die over het politieke apparaat van de VS, die pas met Joe Biden onder de nevel van het trumpisme vandaan wisten te kruipen. Volgens Tooze hebben beide onnodige doden op hun geweten en hij meet dit af aan het succes dat China en andere Zuidoost-Aziatische staten wisten te behalen door veel doortastender in te grijpen. Ze lieten de laksere en langduriger maatregelen van de Westerse wereld voor wat het was en traden doortastend op waardoor ze onder meer grote economische schade wisten te voorkomen.
Dat overal ter wereld – op enkele uitzonderingen na – min of meer gekozen is voor hetzelfde pakket aan maatregelen om de mobiliteit van het virus in te perken, wordt door Tooze gezien als bewijs voor zijn stelling dat er wereldwijd grote morele vooruitgang is geboekt in de waardering van menselijk leven.
Naast complimenten ook een ferm tegengeluid
In een lange recensie in de ‘New Left Review’ liet de Britse historicus Perry Anderson als enige in het koor van lofzangen op ‘Crashed’ een tegengeluid horen. De kern van Andersons bezwaar tegen het boek was dat het geen belangenanalyse bevatte. Tooze nam genoegen met de motieven die de monetaire autoriteiten gaven voor de schaal en manier waarop zij intervenieerden: ‘de mondiale financiële stabiliteit garanderen en het financiële stelsel redden’. Anders gezegd: het levenselixer ‘geld’ van het alternatiefloze mondiale kapitalisme laten blijven stromen.
Echter, anno 2021 zouden we veel beter moeten weten. Het is de afwezigheid van zo’n politiek-economische belangenanalyse, die Anderson deed concluderen dat Tooze een geprivilegieerd lid van de kosmopolitische elite was, die schreef vanuit een centristisch, technocratisch wereldbeeld: zeg maar een doorsnee D66’er. Bij ‘Shutdown’ wreekt zich dit. Door de politieke belangen – op één paragraaf over het einde van het neoliberalisme aan het slot van het boek na – niet te benoemen leest ‘Shutdown’ als een lofzang op technocratie, ook in zijn ondemocratische Chinese variant, en van de weeromstuit als een intellectueel afscheid van de Westerse democratische traditie. Volgens Tooze is, geheel conform de neoliberale traditie, technocratie de enige hoop die wij hebben om ons te beschermen tegen de ecologische terugkoppelingsmechanismen van het Antropoceen, waar volgens hem de pandemie een van de eerste manifestaties van is. Het kleurt wat hij in het slot over klimaatverandering schrijft: “(…) mondiale coördinatie door experts bij het uitrollen van de technologische oplossingen van het ecomodernisme – elektrisch rijden, grootschalige koolstofopname, kunstvlees, windmolens en zonnepanelen – bij het gelijktijdig afscheid nemen van democratische inspraakmogelijkheden.”
Het vermogen om alles ondergeschikt te maken aan het bereiken van een groot, overkoepelend doel is wat Tooze niet alleen in China bewondert, maar ook in het stalinisme bewonderde (en waar hij tegelijk van moest huiveren!). “Aan het einde van de dag is het toch echt de Sovjet-Unie die de Tweede Wereldoorlog heeft gewonnen”, zegt hij, “niet de Europese en Amerikaanse democratieën. Is het Stalin geweest, en niet Churchill en Roosevelt, die Hitler heeft verslagen. (…) de sublieme grandeur van het vermogen van het stalinisme om mens, dier, grondstof, industrie en kapitaal, totaal, volledig en onverbiddelijk te mobiliseren voor het verslaan van een onmenselijke tegenstander. En daar zit een les. Ook voor ons.”
Tooze heeft het gevoel dat iets soortgelijks geldt voor het Chinese regime van dit moment. Het is een subliem spektakel dat het regime in Beijing opvoert. En weer subliem in de esthetische, kantiaanse zin. Het is fascinerend om naar te kijken, om over te lezen, ontzagwekkend in de letterlijke betekenis van het woord, en tegelijk gruwelijk. Maar, en daar komt het: het is niet voor ons.
Het is de uitkomst van de Chinese geschiedenis, en die is niet de onze. Onze collectieve pijngrens ligt lager, onze cultuur is anders, onze hiërarchieën functioneren anders, onze instituties zijn anders, net als ons temperament. En precies daarom past het Chinese model van het totalitarisme ons net zomin als het stalinisme. Dat kun je betreuren of niet, maar het is volgens de inzichten van Tooze een historisch gegeven. Wij zullen voortbordurend op ónze geschiedenis zèlf antwoorden moeten formuleren voor de hedendaagse crises.
Geluk voor iedereen, komend jaar!
En daarvoor zouden we wat mij betreft eindelijk eens over eerlijke informatie moeten beschikken om af te wegen wat werkelijk in ons belang is. En we zouden erover moeten gaan nadenken of ‘ons’ beperkt blijft tot een beperkt ‘wij’, dat comfortabel leeft dankzij de uitbuiting van een ‘zij’, of dat we willen leven in een wereld waarin we waar mogelijk ook verantwoordelijkheid dragen voor elkaars welzijn. Zoals het er uitziet, zullen we onze toekomst voorlopig voortborduren op geframed nieuws dat het neoliberale kapitalistische machts- en winstbejag systematisch onderbelicht laat en waarin onze overheden naast goede, ook gruwelijke dingen doen die we niet eens onder ogen durven zien (en niet hoeven zien omdat de rapportages daarover domweg niet, of slechts summier aangestipt in het mainstreamnieuws aandacht krijgen). En dat alles in het belang van het handhaven van een ziekmakende status quo. Niet in ons belang.
Hoe het ook zij, er is sowieso nog een lange weg te gaan; naar een eerlijker verdeling van welvaart in de wereld een veel langere dan pakweg 50 jaar geleden.
Enfin, er staat zo direct een nieuw jaar, een soort van schone lei voor ons klaar en ik gun ieder mens op aarde komend jaar een goede gezondheid en veel geluk. Bij deze.
Bron: “Het Chinese crisismanagement was superieur, Interview met Adam Tooze” door Ewald Engelen in DeGroeneAmsterdammer van 17 november 2021.